Leidraad voor het verstandZijn boek heet "Leidraad voor het Verstand". Hierin houdt hij zich bezig met de oorsprong en de natuur van het menselijk verstand, iets wat toch een fundamentele vraag is in de filosofie. Hij probeert ons uit te leggen hoe wij met ons verstand moeten omgaan. Hij wil laten zien dat via een beter inzicht in de menselijke geest de waarheid beter opgespoord kan worden.De ideeën van Locke zijn gebaseerd op het empirisme. De empiristische benadering gaat uit van de opvatting dat wetenschappelijke kennis en wetten voor een groot deel zouden moeten ontstaan door empirische bewijzen. Het empirisme gaat er ook vanuit, dat het maken van theorieën en het uitvoeren van observaties twee van elkaar losstaande zaken zijn. Het empirisme maakt niet alleen een onderscheid tussen theorie en observatie, maar ook tussen feiten en waarden. Volgens het empirisme zijn ook feiten en waarden twee fenomenen die duidelijk van elkaar gescheiden moeten worden. Mede door het aspect van de observatie wordt binnen het empirisme veel aandacht besteed aan de menselijke ervaring.
Volgens hem bevat het menselijk verstand niets dat niet zijn oorsprong
vindt in een direct kontakt van de mens met zijn wereld. Alles komt dus
ook voort uit een beleefde ervaring. Locke was dus ook een tegenstander
van aangeboren ideeën. De kennis die de mens verwerft kan geheel worden
verklaard door te verwijzen naar de natuurlijke vermogens. De geest
verwerft de ideeën via zintuiglijke waarneming. Locke introduceert
eigenschap-dragende deeltjes die op onze zintuigen werken en de
eigenschappen overbrengen. Primaire eigenschappen: vorm, uitgebreidheid
en hardheid en secundaire: kleur, geluid, smaak en geur.Ideeën ontstaan
door waarneming van uitwendige objecten en door de bewustwording van de
verrichtingen van de geest. Dus eerst wordt waargenomen met de zintuigen
en vervolgens vindt er allerlei samenhang van ideeën over het waargenomene
plaats en dat is dan denken. |
||
|