Judith Butler over travestie

Judith Butler's favoriete voorbeeld van gender is travestie omdat deze vorm van kunst de ware gender identiteit en de gedachte dat gender iets innerlijks zou zijn goed tot uitdrukking brengt. Bij travestie stemmen de uiterlijke verschijning en de lichamelijke sekse juist niet overeen. Travestie vormt enerzijds een parodie op gender, maar anderzijds toont het wat gender feitelijk inhoudt. Dat alle verschijningsvormen van gender, man/vrouw zijn, in feite performances zijn. Gender doe je, sekse ben je.

De performance van een travestiet brengt de twee-deling, man-vrouw , onder de aandacht en toont de onleefbaarheid ervan. Travestie geeft niet uitdrukking aan een homoseksueel verlangen maar juist aan heteroseksueel verlangen, het verlangen naar de andere sekse. Homoseksuele verlangens worden door de psycho-analyse abject (verwerpelijk) genoemd, maar hebben wel sociaal bestaansrecht.

Het optreden van 'Drag-Queens' is voor Butler het bewijs dat zowel originele vrouwen als nabootsingen performatieve constructies zijn. Zij tonen aan dat het wezen van gender niet in het lichaam zit, maar steeds weer opnieuw wordt gecreëerd als vrouwelijk maakbare constructie. Dit nabootsen moet men niet zien als een bevestiging van gender stereotypen maar juist als het ontwortelen ervan. De gender die wordt aangebracht door kleding vormt een schijn realiteit. Een man verkleedt als vrouw of een vrouw verkleed als man blijft men altijd als de verklede versie van de 'echte' zien. Wat maakt een vrouw tot een vrouw en een man tot een man ? Hormonen, het lichaam of de hersenen ? Judith Butler verwerpt deze vragen als wezensvragen. Belangrijker vindt zij de vraag: hoe worden constructies van vrouwelijkheid en mannelijkheid ingezet als middel om mensen in te delen, uit te sluiten en te veroordelen of te beoordelen?

Hegeliaans aan Judith Butler's gedachte is: "Identiteit wordt niet alleen bepaald door de positie die men inneemt, maar ook door de negativiteit, hetgeen men niet is".